Hoe herken je wolluis?

Wat is wolluis?

Wolluizen zijn kleine plantenluizen die meestal stilzitten op de plant. Hun lichaam is bedekt met een laag witte was, daaraan hebben ze hun naam te danken. Je kunt ze op allerlei planten vinden, zowel in sierteelt als in glasgroententeelt. Wat we voor het gemak wolluis noemen zijn in feite verschillende soorten. Allemaal hebben ze een lichaam dat met witte wasdraden bedekt is maar ze verschillen uiterlijk van elkaar in de lengte van hun (staart)haren, het streeppatroon op hun rug en in de kleur van hun lichaam.
De meeste soorten leggen eitjes in een witte massa van wasdraden, tientallen tot honderden eitjes bij elkaar. Daarvan zal (gelukkig) maar een klein deel tot nieuwe wolluizen ontwikkelen. Een enkele soort produceert geen eimassa maar laat eitjes uitkomen in het lichaam van het vrouwtje. Voorafgaand aan eileg is meestal paring noodzakelijk. Dit geldt echter niet voor alle soorten.

Verschil mannetjes en vrouwtjes wolluis

Mannetjes van deze plaag zien er heel anders uit dan vrouwtjes. Ze zijn veel kleiner en gevleugeld. Mannetjes leven maar een paar dagen en binnen die tijd moeten ze een vrouwtje zien te vinden om mee te paren.

Welke soort zit er op je gewas?

Voor biologische bestrijding van wolluis is het van belang te weten welke soort aanwezig is om een juiste keuze te kunnen maken van de natuurlijke vijand die ingezet moet worden. Op onze site staan een aantal van de meest voorkomende soorten wolluis beschreven, met foto’s.

Schade door wolluis

Wolluizen zijn vooral een plaag in tropische siergewassen, maar ze kunnen ook in groenten schade geven. Ze zuigen plantensappen. Daardoor ontstaat cosmetische schade maar ook vermindering van groei en misvorming van het blad. Het kan gebeuren dat wolluizen zoveel plantensap zuigen dat hele stengels van bijvoorbeeld tomaat afsterven en geen vruchten meer geven.

Alle wolluizen produceren kleverige honingdauw. Dit zorgt ervoor dat de planten kleverig (“vet”) worden. In de honingdauw kan de zwarte roetdauwschimmel groeien. Daardoor wordt de fotosynthese gehinderd en dat geeft indirect ook schade aan de plant.