Kevers behoren tot de Coleoptera, dit is de grootste orde binnen de insecten. Wereldwijd komen er meer dan 300.000 soorten voor en ze variëren enorm in grootte, van minder dan een halve millimeter tot reusachtige kevers van wel 15 centimeter die in Zuid-Amerika voorkomen. Je kunt kevers herkennen aan hun harde, vaak kleurige dekschilden die tegen elkaar aan als bescherming over de vliezige achtervleugels liggen. Kevers ondergaan een volledige gedaanteverwisseling en hebben in Europa meestal één generatie per jaar.
De levenswijze van de verschillende soorten varieert sterk. Sommige soorten zijn vooral ‘s nachts actief, overdag houden ze zich schuil. Andere soorten worden juist overdag waargenomen. Plantenetende kevers kunnen grote schade veroorzaken, terwijl nuttige soorten, zoals de lieveheersbeestjes, een belangrijk aandeel kunnen leveren in de bestrijding van plagen.
Schade door kevers
Kevers veroorzaken vooral problemen in de sierteelt buiten maar ook in de siertuin of moestuin. Volwassen schadelijke kevers en larven eten vaak plantenbladeren en geven hierdoor groeiremming en cosmetische schade.
Larven kunnen soms ook de wortels aanvreten, waardoor hele planten kunnen afsterven. Een bekend voorbeeld hiervan is de Taxuskever waarvan de volwassen exemplaren ‘s nachts actief zijn en de kenmerkende ronde hapjes uit bladeren vreten. Dit geeft cosmetische schade. De larven richten echter veel meer schade aan omdat ze ondergronds de wortels aanvreten. Hierdoor kunnen planten volledig afsterven
